Benzineprijs stijgt sneller dan inflatie: dit zijn de oorzaken
Laatst geüpdatet: 2026 ·
Leestijd: 7 minuten
Dat tanken “ineens” zo duur voelt, is niet alleen jouw gevoel.
In de afgelopen jaren is benzine flink harder gestegen dan de gemiddelde inflatie. In dit artikel lees je
waarom dat gebeurt, waarom Nederland vaak duurder is dan buurlanden, en vooral: hoe je met simpele keuzes
structureel kunt besparen zonder dat je elke keer uren hoeft te zoeken.
Wat bedoelen we met “sneller dan inflatie”?
Inflatie is de gemiddelde prijsstijging van een “mandje” aan producten (boodschappen, energie, diensten, etc.).
Brandstof is maar één onderdeel, maar benzine is extra gevoelig voor belasting, olieprijzen en marktwerking.
Daardoor kan benzine in sommige periodes veel harder stijgen dan het algemene gemiddelde.
Ter illustratie: volgens cijfers die door een vergelijkingssite zijn aangehaald betaalde je rond
€1,54 per liter op 1 januari 2020 en lag dat “recent” rond €2,12.
Dat is grofweg +37% in vijf jaar tijd. (Let op: dit zijn momentopnames; dagprijzen kunnen flink schommelen.)
Waarom stijgt benzine zo hard?
De literprijs aan de pomp is grofweg een optelsom van: olieprijs + raffinage/transport + marge + belastingen.
Juist die laatste categorie (belastingen) weegt in Nederland zwaar mee.
- Accijns en btw: een groot deel van de prijs zit in belastingen. Als accijnzen stijgen, zie je dat vaak direct terug aan de pomp.
- Beleid en overheidskeuzes: accijns kan worden verhoogd om inkomsten te genereren of om beleid te financieren (bijvoorbeeld rond mobiliteit of OV).
- Olie en geopolitiek: wereldwijde onzekerheid (conflicten, productieafspraken, transportproblemen) kan olie duurder maken.
- Valutakoers: olie wordt meestal in dollars verhandeld; een sterkere dollar kan indirect doorwerken in Europese prijzen.
Een hogere olieprijs is niet altijd de hoofdreden dat jij meer betaalt. In landen met hoge accijns kan een
relatief klein belastingverschil al snel tientallen centen per liter schelen.
Waarom is Nederland vaak duurder dan België en Duitsland?
Het grote prijsverschil met buurlanden komt meestal niet doordat brandstof “magisch goedkoper” is,
maar omdat de belastingdruk anders is. In de praktijk kan dat verschil oplopen tot
circa 30 cent per liter (afhankelijk van regio, dag en pomp).
Voor mensen die dicht bij de grens wonen kan dat interessant zijn, maar reken wel eerlijk:
als je omrijdt, betaal je ook met tijd én kilometers.
- Snelle check: bespaar je echt, of “verbrand” je het voordeel door omrijden?
- Tel extra kilometers × verbruik × literprijs mee.
- Neem ook je tijd mee: omrijden is niet gratis.
Grote verschillen binnen Nederland: zo pak je dat slim aan
Niet alleen landen verschillen, ook pompprijzen binnen dezelfde stad kunnen ver uit elkaar liggen.
In extreme gevallen kan het om tientallen centen per liter gaan. Bij een volle tank tikt dat hard aan.
- Locatie-effect: snelwegstations zijn vaak (veel) duurder dan pompen in woonwijken of industrieterreinen.
- Concurrentie: waar veel pompen dicht bij elkaar zitten, liggen prijzen gemiddeld lager.
- Gemak-premie: hoe makkelijker (langs je route, 24/7, langs snelweg), hoe vaker je extra betaalt.
Wanneer tanken het duurst of goedkoopst is
Timing kan ook verschil maken. Zo wordt vaak genoemd dat maandag relatief duur is.
Dat is geen “wet”, maar een terugkerend patroon bij veel prijsmetingen: na het weekend lopen prijzen vaak op.
- Praktisch: als je flexibel bent, probeer je tankmoment te verschuiven naar een dag waarop het gemiddeld rustiger/goedkoper is.
- Niet overoptimaliseren: 2–3 cent voordeel is leuk, maar 20–40 cent voordeel pak je meestal via locatie (snelweg vs. niet-snelweg).
Zo bespaar je structureel op brandstof (zonder “extreem” te doen)
De grootste winst zit vaak niet in één truc, maar in een paar simpele gewoontes die je maandenlang volhoudt.
- Plan 1 vaste “tankplek”: kies een niet-snelweg pomp met vaak scherpe prijzen en maak dat je standaard.
- Tank niet op de snelweg (tenzij nodig): snelwegprijzen zijn vaak de duurste optie.
- Combineer ritten: minder korte ritjes scheelt disproportioneel veel (koude motor = hoger verbruik).
- Bandenspanning & rijstijl: zachte banden en hard optrekken kosten structureel meer liter per maand.
- Maak ‘prijs per tank’ zichtbaar: noteer 1 maand lang: liters + totaalbedrag. Alleen al meten maakt je keuzes slimmer.
Besparen door “altijd door te rijden tot de tank leeg is” klinkt logisch, maar kan juist stress en nood-aankopen
veroorzaken (dure pomp, verkeerde locatie). Beter: kies één slim moment en één slimme plek.
Voor wie is dit extra relevant?
Deze aanpak is vooral handig als je:
- veel kilometers maakt (woon-werk of klantbezoeken)
- dicht bij een grensregio woont (maar alleen als het écht loont)
- vaak “even snel” tankt op gemakslocaties
- merkt dat brandstof je maandbudget steeds vaker onder druk zet